KLM aansprakelijk voor letsel bagagemedewerker

De chaos op Schiphol en andere Europese luchthavens is het nieuws van de dag, zeker nu de vakantie voor velen voor de deur staat. Enorm lange wachtrijen, mensen die hun vlucht missen, koffers die zoekraken. Geen pretje om zo je vakantie te beginnen.

In juni van dit jaar is een zaak gepubliceerd waaruit volgt dat de bagagemedewerkers bij KLM het zwaar voor hun kiezen krijgen.
Een bagagemedewerker loopt letsel op. Het laden van de bagage moest gebeuren via een open luik aan de voorzijde van het vliegtuig. Er waren geen hulpmiddelen, zoals een kar, een  trap en/of zogenaamde rampsnake aanwezig. Omdat er geen hulpmiddelen voorhanden waren is de werknemer zelf in het ruim gesprongen door zijn handen in het laadruim te plaatsen, te steunen op de bodem van het ruim en te springen. Het op deze wijze betreden van het ruim was kennelijk gebruikelijk onder medewerkers van KLM indien er geen hulpmiddelen beschikbaar waren. Bij het springen is de medewerker met zijn arm tegen de deurrand geslagen en vervolgens met zijn gezicht op de deurrand terecht gekomen, waarbij hij ernstig letsel opliep. KLM werd namens de medewerker aansprakelijk gesteld.

De vraag of KLM, als werkgever, aansprakelijk is voor de schade van de bagagemedewerker werd voorgelegd in een deelgeschilprocedure. De rechtbank acht van belang dat de medewerker, om zijn werkzaamheden te kunnen uitvoeren, de laadruimte diende te betreden. Verder was niet vast komen te staan dat de leidinggevende – die ter plekke aanwezig was –  de medewerker had gewaarschuwd en/of hem had aangeboden een ‘voetje’ te geven.  KLM kon derhalve niet aantonen dat zij aan de op haar rustende zorgplicht had voldaan. Op grond van art. 7:658 BW is KLM aansprakelijk voor de letselschade van de bagagemedewerker.

Niet alleen werkdruk is een probleem bij KLM, maar kennelijk ook het gebrek aan werkmateriaal en instructies. De rechter concludeert mijns inziens terecht dat KLM haar zorgplicht heeft geschonden.

De gehele uitspraak leest u hier:

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBAMS:2022:2727

 

Mw. mr. D.M.H. Rademakers


Pennino Advocaten